Op 21 en 22 juni bezochten we ons laatste park: Yosemite National Park. Eén van de drukst bezochte nationale parken, en dat hebben we gemerkt, zeker na het rustige Sequioa National Park.
We komen pas na de middag aan in onze lodge en na het uitladen en een hap in de typische Diner vertrekken we richting park waar de eerste halte de Bridalveil Fall is, een heel hoge waterval die, afhankelijk van de wind verschillende vormen aanneemt. Vergeleken met de vorige parken is het hier immens druk, wat even wennen is na de stilte van Sequioa NP. Morgen zullen we rustiger oorden in het park opzoeken...We zien van hier ook ‘El Capitan’ liggen, zowat de bekendste berg van Yosemite, één brok graniet die stijl omhoogrijst boven de rivier.
We volgen de rivier verder en stoppen aan ‘Sentinel Beach’, waar we de rafters zien aankomen en genieten van het mooie zicht. Terwijl we op het strandje staan, begint het plots te overtrekken. Het ziet ernaar uit dat het gaat onweren, de lucht voelt ook heel zwoel aan. We besluiten naar het Visitor’s Centre te gaan en er vallen zowaar enkele druppels regen (we hadden gedacht dat we geen enkel Amerikaans spatje regen zouden meemaken, niet dus). Het blijft wel slechts bij enkele druppels. We lopen even door de informatiepanelen over geografie en fauna en flora en kopen dan een heerlijke Ben & Jerry’s Ice Cream die we helemaal opsmullen! We zien ook een Blue Jay, een prachtige felblauwe vogel met een zwarte kuif.
We besluiten terug te keren naar onze lodge. Onderweg staan op een bepaald punt heel wat auto’s stil en mensen met fototoestellen: een groep van zes muildierherten is heel dichtbij en rustig aan het grazen. We parkeren ons ook even en genieten van de dichte grazers. We rijden verder en... er staan opnieuw heel wat auto’s stil. Dimitri ziet het niet echt zitten om te stoppen ‘weeral een hert’, maar ik wil toch zeker zijn wat het is. En... er staat opnieuw een zwarte beer mét een jong even verder in het bos op een grasveldje. We gaan dichter kijken (samen met nog heel wat mensen die evenveel onder de indruk zijn) en genieten van een prachtig schouwspel: het kleine beertje huppelt achter de moeder, speelt met takjes en speelt met de moeder. Gewoon schitterend! Net als we uitstapten viel er ook een grote boom om, gelukkig net ver genoeg van de weg om niet op auto’s of mensen te vallen... Redelijk angstaanjagend. We beseffen dat we ongelooflijke gelukzakken zijn dat we twee dagen na mekaar een beer mét jong zien!
ZOEK DE KLEINE BEER!
De tweede dag is een volledige dag Yosemite en om 8.30u zijn we al op pad. In de voormiddag willen we een wandeling doen en vanmiddag gaan we de Tioga Road doen, een weg die ten noorden van Yosemite Valley ligt en het park van west naar oost doorsnijdt.
Om aan het vertrekpunt van de wandeling te geraken, moeten we een stuk met de pendelbus. In tegenstelling tot in Zion NP, rijden er minder bussen én doen ze er veel langer over (onder andere door 10 minuten stil te staan aan een halte). Ik begin me al te enerveren (bijna een uur op een stomme bus om nog geen 6 kilometer af te leggen) maar we geraken er dan toch eindelijk. De wandeling start ten oosten van de vallei en gaat nog oostelijker, richting Mirror Lake. Eerst is er een geasfalteerde weg en dan kunnen we ee loop maken rond het meer. Eigenlijk kan je niet echt meer van een meer spreken, en is het eigenlijk een verbreding van de Merced River. Vroeger was het meer veel groter maar het is geleidelijk aan het verdwijnen. De loop is totaal niet aangeduid, zodat we een stuk van een langere trail doen en eens tot bij het water lopen. Hier is er een prachtig zicht op Half Dome die de vallei met zijn steile wand domineert en op de andere rotspunten. Er staan allerlei soorten grassen die een felgroene toets geven aan het al zo mooie plaatje. Met enige improvisatie vinden we even later de weg terug.
Er komt gelukkig net een busje aan en even later rijden we met onze wagen richting Yosemite Falls. Dit is de hoogste waterval van het park en bestaat uit twee delen: een lower fall en upper fall. We picknicken in het bos met zicht op de watervallen (het brood is net eetbaar, we kijken uit naar onze vertrouwde Belgische broden) en lopen dan tot aan de voet van Lower Fall. Het is weer een drukte van jewelste... en na enkele foto’s keren we terug.
Nu kunnen we aan de Tioga Road starten. De weg is in totaal zo’n 80 kilometer tot aan de Tioga Pass. Eerst rijden we door dichte bossen met af en toe een open plek met helgroen gras, echt prachtig. Geleidelijk stijgen we en krijgen we zicht op besneeuwde bertoppen, reusachtige rotsen door gletsjers uitgesneden, moerassen, meren,... Het is echt een prachtige rit en we stoppen bijna na iedere hoek. ‘Oimsted Point’ biedt een heel mooi zicht met Half Dome in de verte en besneeuwde toppen in de andere richting. In ‘Tuolumne Meadows’, een hooggelegen moerasgebied met uitgestrekte grasvelden, een hemels frisse geur (en frissere temperaturen), veldbloemen, bergen in de verte, willen we even wandelen. Maar al snel worden we overvallen door zwermen muggen. En aangezien ik al een tiental jeukende beten heb, wil ik liever geen extra exemplaren... (Na deze aanval werd het totaal ’s avonds na telling op 17 gebracht, meer dan genoeg...)
Tenaya Lake is het eerste meer waar we stoppen. Het water is super helder en diepblauw van kleur door de mooie lichtinval. We komen nog twee meren tegen: Tioga Lake en Ellery Lake. Deze liggen al na de parktoegang. Onderweg zien we kuddes herten, een ‘Yellow-bellied Marmot’ met jong, eekhoorns, felgekleurde vlinders (onder ander koninginnepages) en mooie vogels.
Het is intussen al bijna 18u dus is het tijd om terug te keren. We genieten opnieuw van de prachtige zichten en maken nog enkele stops voor foto’s met het mooie avondlicht.
Wednesday, June 25, 2008
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
2 comments:
Oh, pietzakken! Wij hebben helaas geen beren gezien toen... Alleen een wasbeer in de vuilbak van het hotel op zoek naar eten. Wel een coyote gezien in Death Valley.
El Capitan, gekend van o.a. GT4 :)
Schoon beertje!
Post a Comment